Groenkracht
Na een lange witte winter is het verlangen naar de lente groot. Het verlangen naar het licht en de warmte van de zon, naar het groen dat onze ogen goed doet. We kijken uit naar het spruitende blad en de eerste bloemen. ‘Groenkracht’ noemde de bekende geneeskruidkundige abdis, Hildegard van Bingen, het in de twaalfde eeuw. Groenkracht, een magisch woord dat in de lente zichtbaar wordt. Het waarnemen van deze groenkracht werkt opwekkend en helend. We ondergaan het vaak onbewust. Na een wandeling in veld en bos voelen we ons verkwikt. Het is dan niet alleen het bewegen dat goed doet, maar ook ons innerlijk is gevoed door de groenkracht, die we met onze ogen en eigenlijk met al onze zintuigen hebben opgenomen.
Dit zal een van de redenen zijn waardoor de belangstelling voor het wandelen is toegenomen.
Het voelt goed!
In de maand mei is het wandelen in de buurt van sloten en beken aantrekkelijk vanwege het bloeiende fluitenkruid. Het is een feeëriek schouwspel, al dat witte kanten bloemenweefsel langs de slingerende waterlopen. Vooral wanneer je er van een kleine afstand naar kijken kunt.
Het fluitenkruid (Anthriscus sylvestris) uit het kervelgeslacht, lijkt erg veel op roomse kervel. De twee schermbloemigen zijn haast niet te onderscheiden. Ik heb er, eerlijk gezegd, nogal moeite mee. In de Mercuurtuin staat al jaren een roomse kervel (myrrhis odorata). Het is een sterk geurende plant die ongeveer een meter hoog kan worden. De roomse kervel, afkomstig uit Zuid-Europa, wordt gekweekt om blad en wortel te gebruiken tegen stoornissen in de spijsvertering en bij hoest en catarre (slijmvliesonsteking).
Het zaad van de roomse kervel is prachtig. Ieder zaadje is ongeveer 2 cm lang en heeft 5 ribben. Aan het boveneind zit een puntje met een klein weerhaakje (hauwtje). Het is een kunstwerkje. Sowieso al omdat er uit ieder zaadje weer een hele plant te voorschijn kan komen. Ik heb nog een zakje met kunstwerkjes in de kast liggen en zal ze toch dit jaar in de eigen tuin aan de aarde toevertrouwen. Maar ik moet wachten tot het eind van de zomer, want op het zakje staat dat ze kou nodig hebben om te ontkiemen en pas na de winter opkomen. Nog wat geduld dus. Maar nú is er het fluitenkruid langs berm en sloot. En vanuit de wachtkamer is de myrrhis odorata te zien. Veel groenkracht toegewenst dit seizoen!
Margreet Voorhoeve