Verwarmend
In de herfst rijpen de meeste zaden. Wanneer je een bloementuin hebt, kun je zelf zaden oogsten. Het is wel een werk waar, je geduld bij nodig hebt, want veel bloemen geven hele kleine zaden.
Bijvoorbeeld de leeuwenbekken, muurbloemen en slaapmutsjes. Het is een gepriegel om de zaden op te vangen. Prettiger zijn de zaden van goudsbloemen, Oost-Indische kers of zonnebloemen.
Bomen en struiken vormen ook zaden. Wie kent niet de berkenzaadjes die overal te vinden zijn als er ’n berk bij het huis staat! Een notenboom of hazelaar is fijner, dan hoef je enkel noten te rapen zoals je paaseieren zoekt. Maar van de meeste bomen en struiken genieten de vogels in de herfst. Die zadenoogst is voor hen!
Er is ’n boom, die echter meestal als struik voorkomt, waarvan de blauw-zwarte zaden rijpen in de herfst van het tweede- en soms pas in het derde jaar. Helaas is deze boom die twee tot vier meter hoog kan worden in ons land slechts op heidevelden te vinden. Er hangt vanuit vroeger tijden ook een waas van heiligheid rond deze boom, de Jeneverbes (Juniperus communis). Ook wel Wechholder of Wachelder genoemd.
Rudolf Meyer schrijft in zijn boek ‘Sprookjeswijsheid’: “Vanuit de stille donkere jeneverbesbomen ruisten de stemmen van onzichtbare wezens. Op de offeraltaren van de Germaanse priesters knisperden eertijds de jeneverboom twijgen in het vuur. De heerlijke geur steeg als wierook omhoog naar de goden.” Hij bespreekt o.a. het sprookje van de ‘Wachtelboom’. In het Duits heet de jeneverbes ‘Queckholder’, queck betekent, beweeglijk, levend. Het sprookje gaat over de mens die verstrikt raakt in lagere gevoelens, er in verstart en verhardt en in apocalyptische beelden ten onder gaat, met daartegenover zomerse zonnekrachten die nieuw leven mogelijk maken.
In het hoge noorden waar de jeneverbes samen met de berk nog kan groeien, brengen deze bomen levenskrachten bij de mensen. De Lappen drinken thee van de bessen en de jonge twijgjes worden van oudsher gebruikt om aftreksels van te maken tegen allerlei kwalen. In Noorwegen worden de bessen gebruikt bij het maken van bier.
De Italianen, die soms neigen tot overdrijven, zeggen: “Wie dagelijks een jeneverbes eet, zal eeuwig leven.” En de Nederlanders zullen zeggen: “Wie dagelijks een glaasje jenever drinkt ……….”
Werking
De jeneverbesboom heeft stekelige, in kransen van drie staande naalden met een witte streep van de luchtbuisjes op de bovenzijde. De naam is waarschijnlijk afkomstig uit het Keltisch: jeneprus betekent stekelig.
De bessen zijn harsig en stevig en wij kennen ze vooral als zwarte rondjes in de zuurkool. Ze hebben een verwarmende werking en van oudsher waren ze een bestanddeel in hoestdranken.
Het harsige sap van de bessen ruimt stofwisselingsslakken op, lost het overtollige slijm op in darmen en luchtwegen, bevordert de urinelozing en zweetafscheiding, verwijdert stenen en zet de bloedsomloop aan. Het hoeven geen verse bessen te zijn, daar is ook moeilijk aan te komen, gedroogde werken even goed.
Pastor Kneipp had veel succes met de jeneverbes als maagmiddel. Hij liet de patiënt de eerste dag vier bessen kauwen en op eten, elke volgende dag één meer, tot vijftien bessen en dan weer minderen tot vier. In Duitsland is ook een aperitief ‘Wachholder’ bekend, als maag- en eetlust opwekkend middel.
Wij kunnen de bessen gebruiken als thee en bij het bereiden van bouillon, marinades en bij groenten als bieten en kool, die wel wat verwarmende kracht kunnen gebruiken bij het verteren in ons lichaam. Het gaat ook winderigheid tegen dat vaak voorkomt na het eten van zwaar te verteren groente, zoals kool. De bessen worden meegekookt. Ik haal ze er weer uit na het koken omdat ik ze niet zo lekker vind, maar ze kunnen juist wél opgegeten worden. Ja, vaak is wat niet zo lekker is, juist gezond!
Margreet Voorhoeve
Sprookjeswijsheid, van Rudolf Meyer
Uitgeverij Christofoor, ISBN 90 62380557
Grimm, sprookjes
Uitgeverij Lemniscaat, ISBN 90 5637 528 8